Zoeken

donderdag 22 september 2016

Een vogelhuisje is ook een soort tiny house

Afgelopen dinsdag zag ik in een bijna lege bioscoop in Rotterdam de film Captain Fantastic. In de kranten kreeg hij wisselende recensies, maar nadat ik op YouTube een stukje van de trailer had bekeken wist ik dat ik hem vanwege het onderwerp absoluut moest gaan zien. Dat geldt waarschijnlijk voor meer van mijn lezers, dus die kunnen dit blog maar beter overslaan vanwege alle spoilers. Tegelijk wordt dit geen echte recensie, omdat dat veel teveel zou lijken op mijn oude werk.
.

Voordat ik me volledig kon focussen op het schrijven van boeken, ben ik dertig jaar lang journalist geweest. Ik begon in 1983 bij De Groene Amsterdammer als recensent en dat ben ik gebleven tot ik op mijn 51ste aan mijn plakbandpensioen begon. In de tussenliggende periode kon ik geen boek lezen zonder dat ik er iets over moest schrijven of zonder dat ik de schrijver de volgende dag moest interviewen. Dat was geen straf, maar het zorgde er wel voor dat je altijd beroepsmatig met boeken bezig bent en nooit meer eens "zomaar" in een luie stoel ligt te lezen. Datzelfde gold in die periode voor bijna elke film of dvd die ik zag.

Nu ging ik blanco naar de bioscoop, zonder notitieboekje op zak en met niet meer dan schematische kennis van de inhoud. In het kort: Ben (Viggo Mortensen) woont met zijn 6 kinderen in een tiny house en een tipi in de bossen, ver van de bewoonde wereld. Niet alleen geeft hij ze thuis les, hij leert ze ook kleding maken en jagen. Alles ziet er even paradijselijk uit, inclusief een moestuin en - net een paar tellen in beeld - een platenspeler. Al snel blijkt niet alles rozengeur en maneschijn te zijn, want de afwezige vrouw van Ben is manisch-depressief en (spoiler alert!) snijdt haar polsen door in de kliniek waar ze verblijft.


Die tragische gebeurtenis is de aanleiding voor een roadtrip van het hele gezin naar de begrafenis, waar ze vanwege hun manier van leven en hun dwarse denkbeelden niet eens welkom zijn. Onderweg worden de kinderen van Ben voor het eerst geconfronteerd met de westerse consumptiemaatschappij, de drukte op de wegen, het overgewicht van de gemiddelde Amerikaan en de smartphones in de handen van leeftijdgenoten die allemaal een wat dommige indruk maken (terwijl zij op hun beurt weer geen benul hebben wie of wat een "Nike" is).

Het knappe van de film is, dat hij niet zomaar partij kiest. Ben is niet alleen een gezond levende idealist, maar ook een koppige fundamentalist die weigert water bij de wijn te doen en zijn kinderen dusdanig hersenspoelt dat ze alleen maar de keuze hebben tussen het Trotskisme en het Maoïsme. Samenvattend zou je zijn gezin kunnen omschrijven als een soort anti-kapitalistische Kelly Family die geen problemen heeft met proletarisch winkelen en niet alleen ver van de bewoonde wereld leeft maar ook wereldvreemd is. Het zijn survivalists, maar dan met een voorkeur voor Bach en vintage kleding uit de jaren zeventig.


Hoewel je dus geneigd bent zijn kant te kiezen vanwege zijn duurzame manier van leven, voel je ook begrip en sympathie voor zijn steenrijke schoonvader die zijn enige dochter moet begraven en Ben daar medeverantwoordelijk voor houdt. Daardoor schuurt Captain Fantastic op een subtiele manier, net zoals humoristische voorvallen voortdurend worden afgewisseld door dramatische momenten en pijnlijke situaties. De film houdt je als kijker ook een spiegel voor, want de kunst is het om totaal andere keuzes te maken in het leven zonder te veranderen in een vervelende, gelijkhebberige drammer die zelfs in eigen familiekring niet meer welkom is.

De film eindigt dan ook met de gulden middenweg die Ben ooit met oogkleppen op moet zijn gepasseerd op weg naar dat stukje ongerept bos ver weg van de beschaving. Je hoeft namelijk niet met scherpe speren op herten te gaan jagen om je punt te maken, net zoals je niet in een tent hoeft te gaan wonen om te ontspullen en te consuminderen. Het kan dus ook gewoon een klein huisje zijn met golfplaten op het dak, een kippenhok, een moestuin en kinderen die elke dag braaf met de schoolbus naar school gaan.