Zoeken

maandag 5 juni 2017

Hoe belangrijk is een betaalde baan nou eigenlijk écht

Afgelopen weekend (en dat weekend is eigenlijk morgen pas echt afgelopen) stonden er in de diverse zaterdagkranten verschillende artikelen over het belang van betaald werk. Je kon interviews lezen met gepensioneerden die maar al te graag doorwerkten na hun AOW-datum en met gefrustreerde 55-plussers die wanhopig op zoek zijn naar een baan, maar ook met een Amerikaanse hoogleraar die voorspelt dat er straks echt geen werk meer is voor iedereen zodat we onvermijdelijk moeten gaan denken aan een soort basisinkomen. Ondertussen biechtte Peter R. de Vries op dat zijn huwelijk is stukgelopen door zijn werkdrift en las ik op een interessant blog over mezelf dat mijn kijk op betaald werk wellicht bepaald wordt door het feit dat ik op mijn leeftijd toch nergens meer wordt aangenomen.


Laten we eerst dus maar eens met dat laatste beginnen, al was het maar omdat het lastig (zo niet onmogelijk) is om dat tegen te spreken. In de tweedelige special van het programma Radar hebben we allemaal kunnen zien hoe lastig het is om als 55-plusser weer aan de slag te komen, dus dan kun je maar beter van de nood een deugd maken en van je gedwongen nietsdoen een vrijwillig vroegpensioen maken. Dus ben ik nu een 55-plusser met een soort zelfgefinancierde VUT of een moegestreden werkloze journalist die de moed heeft opgegeven en dan van ellende maar een beetje gaat zitten prutsen in zijn moestuin?

In mijn nieuwe boek ga ik in op die vraag, omdat het belangrijk is om vast te stellen of je met een basisinkomen op zak nog wel op zoek gaat naar een betaalde baan. Wat mijn bevindingen zijn, laat ik nog even in het midden maar ik kan alvast wel verklappen dat ik een serieuze kandidaat was voor een baan als hoofdredacteur bij een uitgeverij op fietsafstand. Het vooruitzicht dat ik dan van maandag tot en met vrijdag van 8 tot 6 op kantoor had moeten zitten, deed mij echter na het eerste gesprek al gillend op de vlucht slaan. Dat laatste kon ik me, door mijn zelf gefinancierde basisinkomen, ook veroorloven want met een hoge hypotheek maak je in een dergelijke situatie waarschijnlijk heel andere keuzes.


Tegelijk kan ik niet "bewijzen" dat ik echt niet op zoek ben naar werk, net zoals ik niet hardop kan zeggen dat ik Het Diner van Herman Koch maar een matig boek vond zonder de schijn te wekken dat ik jaloers ben op zijn succesformule. Interessant is daarom vooral het artikel uit het Volkskrant Magazine over zes gepensioneerden die uit vrije wil doorwerken na hun AOW-datum terwijl ze ook zouden kunnen gaan genieten. Waarom doen ze dat? In meer dan de helft van de gevallen blijkt het toch op de een of andere manier om het geld te gaan, dus die vallen af. Dan heb je mensen die "gek worden" als ze de hele dag thuiszitten of die het "puur doen omdat ze het leuk vinden" (al gaat het daarbij om een oppasmoeder en dat is toch iets anders dan een echte baan.

Uit die verschillende verhalen kun je afleiden dat iedereen een eigen verhaal heeft en dat er altijd van alles op de achtergrond meespeelt. Opvallend is wel dat de financiële beloning in bijna alle gevallen een rol speelt, soms uit noodzaak, soms om "leuke dingen" van te betalen. Omgekeerd kun je je dus afvragen welke keuzes de geïnterviewden zouden maken als ze datzelfde werk ook onbetaald zouden moeten doen (al kun je het antwoord wel bedenken). Ondanks alle vrome praatjes over het nut van betaald werk draait het bijna altijd toch om de bijbehorende financiële beloning. En los daarvan: zelfs als je je werk "leuk" vindt, dan betekent het nog niet dat je er per se 40 uur per week mee bezig wil zijn of precies tot je 68ste.


Vaak schieten dat soort artikelen ook tekort (of herhalen ze alleen maar wat je toch al weet) omdat journalisten niet doorvragen of niet de juiste vragen stellen. Zo las ik in NRC Weekend een interview met een 56-jarige ex-militair die al sinds 2013 tevergeefs naar werk op zoek is, terwijl hij tot zijn pensioen recht heeft op 70% van zijn laatstverdiende loon. Dat vind ik niet gek of verkeerd, maar ik zou wel eens een uitgebreid interview willen lezen met diezelfde man waarin uiteen wordt gerafeld waarom hij dan nog zo graag wil werken. Heeft hij een werkende partner? Is hij misschien alleen? Tel je zonder baan niet mee in de maatschappij? Kan hij niet stilzitten? Voelt hij zich schuldig als hij niets doet? Bepaalt betaald werk je identiteit?

Dat soort vragen worden steeds belangrijker als James Livingston gelijk krijgt met zijn voorspellingen over de toekomst van de arbeidsmarkt. Hij schreef het boek No More Work (dat ik morgen meteen ga bestellen bij de lokale boekhandel) en verwacht dat er straks echt geen werk meer is voor iedereen. Dat is om heel veel redenen interessant, al was het maar omdat we dan misschien niet meer om een basisinkomen heen kunnen. Ik ben er inmiddels alweer zo'n 4,5 jaar mee bezig, maar straks moeten we allemaal uit zien te vinden wie we nou precies zijn zonder werk, waar we onze dagen mee gaan vullen en wat we dan met ons leven moeten beginnen.