Zoeken

woensdag 7 februari 2018

Het versneld aflossen van je hypotheek geeft je vleugels

De laatste weken lees ik met aandacht het blog van Renée die niet alleen als een razende aan het sparen en aflossen is, maar ook in rap tempo het ene na het andere inspirerende stuk het internet op slingert. Dat doet ze met zoveel verve en vrolijkheid dat ik er bijna jaloers op zou worden, ware het niet dat het natuurlijk een beetje eigenaardig is om terug te verlangen naar de tijd dat onze hypotheekschuld nog 160.000 euro bedroeg. Toch laat haar verhaal zien dat je vleugels krijgt van het nastreven van een doel. Aflossen is niet alleen verslavend, het geeft je ook een stoot energie die nergens anders mee te vergelijken valt. De keerzijde daarvan is dat je onherroepelijk te kampen krijgt met afkickverschijnselen wanneer het einddoel eenmaal in zicht is.


Dat was achteraf gezien het belangrijkste effect van ons tamelijk impulsieve besluit om versneld te gaan aflossen: dat je het gevoel hebt kapitein te zijn op je eigen schip en je eigen koers te varen. Die eerste aflossing deden we op het moment dat de ergste crisis na die van de jaren '30 nog maar net een feit was en de wereld heen en weer werd geslingerd tussen woede, ongeloof en onzekerheid. Door met één druk op de knop ruim 20.000 euro over te maken naar onze hypotheekverstrekker, schonken we onszelf het geruststellende gevoel dat we controle hadden over ons eigen leven. Je kunt ook zeggen dat we onze schuld omlaag brachten op het moment dat de aandelenkoersen omlaag gierden en we - zonder het te beseffen - alvast een voorschot namen op de daling van de huizenprijzen die een paar jaar later met vertraging zou inzetten.

Het is een heerlijk gevoel om de regie in handen te hebben, zelfs al is dat maar een illusie. In elk geval voel je je de kapitein van een enorm cruiseschip die een ruk geeft aan het stuurwiel omdat hij in de verte een ijsberg vermoedt. In een van mijn boeken schrijf ik dat je na die eerste extra storting weliswaar nog een heel eind verwijderd bent van financiële onafhankelijkheid, maar al wel meteen profiteert van een onafhankelijk gevoel. Dat laatste werd nog eens versterkt doordat wij zijn gaan aflossen op een moment dat je op verjaardagen nog voor gek werd verklaard als je dat deed. Sindsdien trek ik me niks meer aan van de waan van de dag en ga ik tamelijk onverstoorbaar mijn eigen gang. Maar pas later besefte ik dat het om meer gaat dan om eigen regie: voor het eerst van mijn leven wist ik namelijk ook precies welke richting ik op moest.


Onlangs zei iemand tegen me dat hij het altijd een veeg teken vond als mensen geen spoortje twijfel toonden, maar het is juist heerlijk om af te stevenen op een stip aan de horizon waarvan de coördinaten vastliggen. Dat scheelt een hoop gepieker en keuzestress, zeker als diezelfde horizon door een extra storting in de spaarhypotheek ook nog eens een stuk dichterbij blijkt dan gedacht. In die zin ben ik een kanaalzwemmer die in de verte de kust van Engeland al kan zien liggen (al kan het best dat ze in werkelijkheid vanwege de zeestroming altijd de andere kant op zwemmen). In maart 2020 zijn we van onze hele woningschuld af en steek ik in de tuin de grootste vuurpijl af die ik een paar maanden ervoor heb kunnen vinden.

Omdat dat laatste stukje een spaarhypotheek betreft met 6,9% rente, hoeven we tot die tijd alleen maar op onze handen te zitten en af te wachten tot het bedrag in het spaargedeelte net zo hoog is als de nog openstaande schuld. Dat is een prettige gedachte, maar daardoor heb je automatisch ook minder om handen. De koers is nog precies hetzelfde, maar de vaart is er een beetje uit en je vaart alleen nog op de automatische piloot. Na het aflossen van de hypotheek valt er dus een last van je schouder, maar je bent meteen ook een beetje je richtinggevoel kwijt. Anders gezegd: wie aan het einde van de rit - of aan het einde van de reeks boeken - min of meer kan leven van de lucht komt ook een beetje in het luchtledige terecht.


Om te voorkomen dat ik in een gat zou vallen, begon ik aan 2018 met een polsstok in mijn handen en een schuin oog op de lat die ik zelf had opgehangen. Vorig jaar had ik dankzij mijn Cinevillepas al meer dan honderd films in de bioscoop gezien, maar dat persoonlijke record kan natuurlijk een stuk scherper. Het idee is om dit jaar minstens 150 films in de bioscoop te zien, terwijl ik in mijn achterhoofd stiekem het streefgetal 200 aanhoud. Op wereldschaal stelt dat helemaal niks voor want het record staat op 1132 films in één jaar, maar het is belangrijk om een doel te hebben in het leven of tenminste een soort overkoepelend thema.

Pas na het zien van Arjan's Big Year (die alleen déze week draait), besefte ik dat mijn bioscoopjaar feitelijk ook een soort Big Year is. In deze film - die tussen een documentaire en een vlog inzit - probeert Arjan Dwarshuis in een jaar tijd meer dan 7000 vogelsoorten te spotten en reist daarvoor dwars over de wereld. In zijn geval gaat het om het verbreken van een wereldrecord, in mijn geval slechts om een persoonlijke en op wereldschaal volstrekt onbeduidende mijlpaal. Toch staat ook 'mijn' Big Year in het teken van titels afvinken, lijstjes maken en de stand bijhouden. Als bonus zie ik vanuit mijn bioscoopstoel niet alleen heel veel van de wereld, maar verbreed ik ook mijn horizon en word ik indirect beloond met het opwindende gevoel dat ik begonnen ben aan weer een geheel nieuw avontuur.