Vorige week werd ik geïnterviewd door een journalist die mij vroeg waarom ik in mijn boeken wel vertel welk werk ik voorheen heb gedaan maar niet precies bij welke werkgever en welk tijdschrift. Daar kan ik een heleboel antwoorden op geven (die ook allemaal waar zijn), maar waar het vooral op neerkomt is dat voor het verhaal dat ik wil vertellen niet belangrijk genoeg is. Als ik achterom kijk - en dat doe je vanzelf als je oude plakboeken doorbladert en je knipselarchief opruimt - dan lijkt mijn werk steeds minder een levensvervulling en steeds meer een hinderlijke onderbreking tussen mijn studententijd en mijn huidige bestaan. In een van mijn boeken vergeleek ik mijn werk met een zandkasteel dat je ingespannen en aandachtig hebt opgebouwd en dat vervolgens met één golf wordt weggevaagd.
Mijn ervaring is dat gesprekken over mijn laatste boek (en daarmee bedoel ik Het plakbandpensioen want Leven van de lucht verschijnt pas in september) een beetje heen en weer zwalken tussen twee onderwerpen. Aan de ene kant kun je mij het hemd van het lijf vragen over de vraag hoe ik mijn pensioengat van ruim vijftien jaar hoop te overbruggen - en ook hoe andere mensen van mijn leeftijd dat proberen te doen of zouden kunnen doen - aan de andere kant kun je heel veel focus leggen op het belang van betaald werk en de vraag waarom je daar überhaupt voortijdig en vrijwillig mee zou willen stoppen. Werk kan immers ook leuk zijn, geeft energie, zorgt ervoor dat je iets bijdraagt aan de maatschappij en ga zo maar door.
Zo ben ik dus aan het uitleggen uit welke potjes ik de dagelijkse boodschappen betaal, terwijl ik me ook moet verdedigen voor het feit dat ik ik het al op mijn 55ste voor gezien hield. Heel vaak zeggen mensen een tikje verwijtend dat ik "maar" 25 jaar in loondienst gewerkt heb, terwijl ik van mening ben dat daar geen regels voor bestaan en ik achteraf gezien best nog wel wat eerder had willen stoppen. Bovendien werkte ik al als journalist in 1983, toen ik nog aan het studeren was zodat ik meer dan dertig jaar lang mensen heb geïnterviewd, platen heb gerecenseerd en reportages heb geschreven. Het was leuk werk en een afwisselend bestaan, maar ik heb het tegelijk lang genoeg gedaan.
In mijn volgende boek vertel ik dat ik mezelf erop betrap dat ik steeds vaker zeg dat ik journalist "ben geweest". Strikt genomen ben je als vaste columnist (van een krant en een tijdschrift) óók een soort journalist, maar ik ben geen razende reporter meer die vragen stelt met een memorecorder op tafel. Met een basisinkomen op zak kún je die keuze ook maken, omdat je elke maand toch al genoeg geld hebt om alle vaste lasten te betalen en in je basisbehoeften te voorzien. Mijn stelling (en mijn stellige overtuiging) is dan ook dat je pas écht kunt zeggen of je werkt voor het geld of niet op het moment dat geld geen rol meer speelt of in elk geval geen doorslaggevende rol.
Afgelopen week ben ik begonnen met het opruimen van mijn knipselarchief. Daar had ik eerder al een begin mee gemaakt, maar deze keer ben ik twee keer op en neer gereden naar de papiercontainer met in totaal minstens een meter aan dossiermappen (als je op elkaar zou stapelen). Je kunt dat beschouwen als een soort voorjaarsschoonmaak, hoewel het meer te maken had met het feit dat de eerste ruwe versie van mijn nieuwe boek af is. Pas op zo'n moment heb je weer ruimte in je hoofd voor dit soort zaken, omdat het verhaal zo goed als af is en je brein min of meer blanco. Tussen die mappen vond ik ook twee plakboeken terug met daarin mijn eerste schrijfsels uit de periode 1983 en 1987.
Hoewel het leuk was om die artikelen (uit De Groene Amsterdammer) terug te lezen, bezorgde het me ook een gevoel van intense vermoeidheid. Door die jaartallen besef je namelijk opeens weer hoe lang je het werk al doet en hoe ontzettend vaak je al met een vragenlijstje op zak naar een artiest, een schrijver, een BN'er of een buitenlandse beroemdheid bent gesjokt. In mijn geval schommelt het antwoord tussen "vaak genoeg" en "veel te vaak", zodat ik niet alleen ijverig doorga met het dumpen van mijn knipsels maar ik ook de aanduiding "journalist" in mijn Twitterprofiel heb geschrapt. In zekere zin ben ik altijd al in de eerste plaats een schrijver geweest en was dit gewoon een ontzettend leuke en interessante surrogaatbaan.
Maar - en nu komt het - het was ook een beetje een surrogaatleven, een tweedehands en tweederangs bestaan waarin veel te veel kostbare tijd werd opgeslokt door files, het voorbereiden en uittikken van interviews en het uitknippen en sorteren van knipsels. Als je jong bent, maakt dat geen lor uit want dan denk je dat je onkwetsbaar bent en onsterfelijk. Op deze leeftijd begin je echter te beseffen dat je leven eindig is en dat tijd een kostbaar goed is. Aan de ene kant bent ik de laatste tijd dus vooral tijd aan het inhalen (bijvoorbeeld door dit jaar minstens 80 keer naar de bioscoop te gaan) aan de andere kant maak ik elke keer weer, en ook elke dag opnieuw, een bewuste afweging waaraan ik mijn tijd het liefst wil besteden.
Ook op 55e gestopt met werken, huis verkocht en van overwaarde huis in Johannesburg gekocht, zonder hypotheek.Na 11 jaar geen dag spijt van gehad.
BeantwoordenVerwijderenIk heb droomhuis gezocht dit week end gekeken en ik vind het leuk dat er zijn mensen die op dit manier kunnen gelukkig zijn in het buitenland zonder werkt alleen van het leven genieten.
VerwijderenDus wens ik jou nog veel plezier.
Klein vraag: hoe zit het met zorg als je gezondheit problemen hebt?
Een prima voorbeeld voor ons allen, om op zijn minst eens goed na te denken wat belangrijk is in het leven. Eigen keuzes maken of meedraaien in de hokjescultuur...
BeantwoordenVerwijderenIk kijk uit naar je nieuwe boek!
Ik ken het gevoel van opruimen en zaken tegenkomen waarvan je denkt "hoe kon ik me daar zo druk om maken...?" Om de papieren bulk vervolgens snel in de kliko te werpen :)
Hebben jullie een oud papier kliko?
VerwijderenJa zeker, een hele grote nog wel. Deze wordt 1 x per maand gratis geleegd. Heel handig.
VerwijderenKan niet wachten totdat ik de stekker uit mijn werkzame bestaan trek. En dat gaat hooguit op een leeftijd van begin 50 zijn. Ik besef me inderdaad ook maar al te goed dat alles eindig is, tijd is me veel te kostbaar voor meetings e.d.
BeantwoordenVerwijderenWaarom ben je in je werkzame leven niet op zoek gegaan naar werk dat bij je paste i.p.v. een 'surrogaatbaan' zoals je dat noemt? De kunst is om van je hobby je werk te maken (al lukt dat nooit voor de volledig).
BeantwoordenVerwijderenDat is inderdaad altijd een goed idee. In zekere zin heb ik dat ook gedaan vanaf mijn 51ste, want nu ben ik fulltime schrijver.
VerwijderenEr is nog een reden om knipsels en andere zaken weg te mikken: na je dood wordt alleen het hoogst noodzakelijke door je kinderen bewaard. Ze willen waarschijnlijk de foto's en filmpjes bewaren, misschien nog wat waardevolle spullen verdelen of verkopen, en de rest gaat naar de kringloop. Belast je nageslacht niet met te veel rotzooi, dat is mijn motto.
BeantwoordenVerwijderenHelemaal mee eens, ben steeds bezig om dingen die mij niets meer zeggen weg te doen ( declutteren) en ik zeg tegen de kinderen, zeg mij wat je wilt hebben, nu of later. Bij het ontspullen gaat het dan vooral om kleine dingen maar ook mijn plakboeken enz. Niet dat het echt te zien maar ik weet wel beter.
VerwijderenGoed plan. Zo kijk je met heel andere ogen naar je eigen bezittingen.
VerwijderenIk hoop werkelijk dat je boeken mensen inspireren om keuzes te maken over vrijheid en vrije tijd voordat ze er toe gedwongen worden door de omstandigheden.
BeantwoordenVerwijderen