Afgelopen week had ik het bevreemdende gevoel dat ik, door een soort lus in de tijd, nét iets op bepaalde gebeurtenissen vooruitliep. Het begon allemaal met een vierdaags verblijf in Boedapest waar het me al snel opviel hoe vrij en onbevangen jonge vrouwen zich daar over straat begeven, ook na zonsondergang. Eenmaal thuis bleek dat ineens een prangende observatie en een onderwerp dat het nieuws beheerst.
Boedapest bleek niet alleen een fraaie hoofdstad - in films dient hij vaak als decor als het verhaal zich in Rome of Parijs afspeelt - voor het eerst in tijden had ik ook weer het gevoel in een Europees land op vakantie te zijn. Zo'n observatie maakt je in dit tijdsgewricht al verdacht, maar het was op z'n minst interessant om in een grote stad rond te lopen met zo'n homogene bevolking. In mijn notitieboek noteerde ik dat ik me tegelijk onthutst en ontroerd voelde.
Het is ook een stad met interessante contradicties. Zo bezochten we de grootste synagoge van Europa, waar even vluchtig in je tas werd gekeken, maar waar verdere beveiliging ontbrak. Tegelijk zag ik op dag één op straat al iemand met een tatoeage van een hakenkruis op zijn arm. De Hongaren zelf kwamen wat afstandelijk over, onverschillig zelfs en niet altijd per se vriendelijk. Niemand groet je op straat, niemand kijkt je aan.
Toen we 's avonds op eigen houtje - we waren hier met een georganiseerde busreis - door de buitenwijken van de stad dwaalden, viel het op hoe zorgeloos en vrij vrouwen zich na zonsondergang over straat bewogen. In een donker, verder verlaten park zag ik een jonge vrouw met opgetrokken benen en blote voeten in haar eentje op een bankje zitten alsof ze thuis op een sofa zat, volstrekt niet op haar hoede.
Onwillekeurig vroeg ik me af of burgemeester Femke Halsema, toen ze hier onlangs op hoge poten heen reisde vanwege Pride, de moeite had genomen om even een rondje door de stad te lopen en die te vergelijken met haar eigen werkterrein. Niet alleen vrouwen kunnen hier veilig over straat, ook joden hoeven niet voor hun leven te vrezen als ze met een keppeltje over straat lopen. Mijn gevoel: Hongaren laten je met rust zolang je hen maar met rust laat.
Tot zover mijn eerste indruk van Boedapest. Het verhaal begint pas interessant, en frappant, te worden na thuiskomst. Afgezet bij het station van Dordrecht moesten we nog even wachten op degene die ons daar kwam ophalen voor het laatste stukje naar huis. Dus dronken we nog wat in café Buddingh aan de overkant. Er waren bijna geen andere gasten, maar een paar tafeltjes verderop zaten drie jonge vrouwen die druk in gesprek waren over alle plaatsen die ze 's avonds liever mijden en alle vervelende dingen die ze hadden meegemaakt.
De volgende dag schreef ik - nog steeds nietsvermoedend - op X dat alle 'progressieve' Nederlandse vrouwen, voordat ze straks weer hun stem uitbrengen, voor de aardigheid eens een keer door Boedapest zouden moeten lopen om te ervaren hoe het is om veilig over straat te kunnen. Een riskante observatie, want Hongarije geldt juist in die kringen als 'fout' vanwege Orban, corruptie, Pride en huiselijk geweld. Tegelijk kon ik onmogelijk vermoeden hoe actueel mijn bericht binnen de kortste keren zou zijn en hoe wrang deze woorden.
Inmiddels zijn we bijna een week verder en druk bezig 'de nacht op te eisen'. Een nobel streven, maar wel een met een wrange bijsmaak. Want waarom hebben we het niet over de vraag waarom vrouwen in Boedapest wél veilig over straat kunnen? Dankzij trouwe volgers op internet weet ik inmiddels dat hetzelfde ook geldt voor steden als Auckland (NZ), Tel Aviv, Tokio, Ljubljana, Warschau, Moskou, Dubai, Krakau, Sint-Petersburg en Reykjavik. Moeten we niet minstens op zoek naar een soort grote gemene deler als het om deze plaatsen gaat, in plaats van alles te veralgemeniseren tot een 'mannenprobleem'?
Niet zo lang geleden schreef iemand op X dat Oost-Europa het nieuwe West-Europa is - al kun je dan eigenlijk beter zeggen dat je daar nog de sfeer terugvindt van het West-Europa van een halve eeuw geleden. Het door mij gesignaleerde gevoel van veiligheid staat dan ook niet geheel los van de bevolkingssamenstelling, maar die observatie is blijkbaar nog steeds zó omstreden - zeker met het oog op de naderende verkiezingen - dat men zich liever beperkt tot symboolpolitiek en vrijblijvende billboards langs de snelweg.