Zoeken

woensdag 9 maart 2016

En zo krijgt het hoofdstuk over Henk Elsink nog een staartje

Ik wist natuurlijk dat het een heel moeilijke prijsvraag was, maar het bleek nog lastiger dan gedacht. Want wie o wie heb ik afgelopen vrijdag een exemplaar overhandigd van Het plakbandpensioen nadat ik in Hilversum was geweest voor een radio-interview? Veel antwoorden waren slim bedacht en twee kwamen zelfs aardig in de buurt. Het was echter niet Claudia de Breij (die ik in mijn boek overigens nog ergens noem) en ook niet Youp van 't Hek, maar wél een andere cabaretier. Tenminste, dat was de bedoeling, al liep het allemaal weer eens heel anders.


Eigenlijk hadden mensen het alleen goed kunnen raden als ze mijn boek al hadden gelezen. Dat vond ik dan zelf wel weer aardig: een gratis boek verloten dat je eigenlijk moet hebben gelezen om het goede antwoord te kunnen weten. In Het plakbandpensioen komt één hoofdstuk voor dat voor een groot deel gewijd is aan een cabaretier die niemand onder de 45 kent. Tik je zijn naam in bij Google, dan krijg je meteen als suggestie de zoekterm "overleden", terwijl hij in werkelijkheid op 20 april zijn 81e verjaardag hoopt te vieren.

In 2004 publiceerde ik al eens een boek waarin Henk Elsink voorkwam. Voor Een tweede huis interviewde ik acht Bekende Nederlanders die allemaal een huis in het buitenland hadden. Martin Bril wilde niet meewerken, maar Aart Staartjes, Bob Fosko en Chazia Mourali zeiden allemaal "ja". Ook Elsink wilde best vertellen over zijn huis op Mallorca. Ik had hem al eens eerder gesproken als journalist en was daarvoor samen met een fotograaf helemaal naar dat Spaanse eiland gevlogen. Elsink vertelde bij die gelegenheid niet alleen over de thrillers die hij onder het pseudoniem Elsinck schreef, maar liet ons ook het eiland zien in zijn cabrio.



In Het plakbandpensioen wordt hij niet genoemd vanwege zijn tweede huis, maar meer vanwege zijn tweede jeugd. Of zo je wilt: zijn tweede leven. Elsink stopte namelijk al op zijn 53e met werken, letterlijk terwijl hij een nieuwe theatershow aan het voorbereiden was, en trok zich terug onder de Spaanse zon om daar in alle rust thrillers te gaan schrijven. Toen ik hem in 2004 interviewde voor Een tweede huis, vertelde hij geen seconde spijt te hebben gehad van die beslissing. In het boek zegt hij: "De enige prijs die je voor dat vrijwillige afscheid moet betalen, is dat jonge mensen absoluut geen idee hebben wie je bent."

Het was mijn bedoeling om Elsink persoonlijk een exemplaar van mijn boek te gaan overhandigen, maar de deur werd opengedaan door zijn echtgenote. Zij vertelde dat haar man inmiddels in een verpleeghuis zit en zo vergeetachtig is dat hij zichzelf niet eens meer herkent als ze een filmpje van een van zijn liedjes laten zien op YouTube. Zo krijgt het hoofdstuk uit mijn boek een uiterst wrange epiloog en wint het onbedoeld aan zeggingskracht. Terugrekenend begon hij namelijk al last te krijgen van de eerste symptomen van zijn slopende ziekte op een leeftijd waarop mensen straks eindelijk met pensioen hopen te gaan.