Zoeken

zaterdag 15 juni 2013

Mark Rutte is in de eerste plaats het Mérk Rutte

Op de achterflap van mijn nieuwe boek staat deze keer niet vermeld dat ik aan het einde van een doodlopend weggetje woon (wat overigens nog steeds zo is). In plaats daarvan heeft mijn uitgever de aansporing afgedrukt om tussendoor af en toe - zeker als mijn nieuwe boek lang op zich laat wachten - mijn "spraakmakende stukken" te lezen op de sites van De Volkskrant en follow the money. Helemaal mee eens natuurlijk, al had ik voor die laatste al heel lang niets meer gedaan. Vanaf vandaag staat er echter weer een kersvers stuk op, dat ik op deze plek integraal afdruk. Simpel leven kun je namelijk niet los zien van politieke keuzes, net zoals aflossen en consuminderen in de kern ook een vorm van protest is en zelfs gezien kan worden als een daad van verzet. In ieder geval zorg ik zo weer voor wat meer hits op de zoekterm "poppenkastmaatschappij" ;-)

Komt-ie:

Je kunt er bijna niet eens meer boos over worden. Na het kabinet “met een Dreesiaanse uitstraling” en het zoveelste “historische akkoord” zou het kabinet Rutte 2 volgens eigen zeggen wel eens “een van de beste ministerraden kunnen zijn sinds de Tweede Wereldoorlog”. Je vraagt je onwillekeurig af met welke superlatieven ze na de zomer op de proppen komen als ze alle aanbevelingen van Olli Rehn hebben uitgevoerd en nog eens voor 6 miljard extra hebben bezuinigd. Zonder precedent? Uniek? Baanbrekend? Visionair? Toekomstgericht? Of opnieuw historisch?

De persconferenties van dit kabinet verschillen nauwelijks van een gemiddelde post op Facebook. Mark Rutte staat zo mogelijk nog vaker lachend op de foto dan ex-minister Zalm, en dat terwijl er in werkelijkheid meestal helemaal niets grappigs of hoopgevends te melden valt. Je kunt het jongensachtig noemen – en in gedoseerde vorm heeft het ook wel iets – maar op den duur begint het niet alleen op te vallen maar ook te irriteren. Want hoe vaak kun je jezelf een schouderklopje geven en op een voetstuk zetten, voordat het belachelijk wordt?

Dat is niet alleen bedoeld als kritiek op premier Rutte en zijn ministersploeg, maar net zo goed op onszelf. We leven nu eenmaal in een maatschappij waarin vorm gaat boven inhoud en waarin het belangrijker is om jezelf goed te presenteren dan om goed te presteren. Vandaar dat we ons in het stemhokje steeds vaker laten leiden door de vraag wie de sterkste oneliners heeft en de beste spindoctors. Dat dit kabinet in de peilingen inmiddels nog maar een schamele minderheid heeft van 40 virtuele zetels, is onze eigen schuld. Kiezers zijn per definitie zwevende kiezers geworden en wisselen bijna net zo makkelijk van partijvoorkeur als van onderbroek.

Op scholen lees je geen boeken meer, maar leer je de perfecte PowerPoint-presentatie maken. Het is niet voor niks zo dat werkloze journalisten bijna alleen nog kans maken om ergens aan de bak te komen als “communicatieadviseur”. Alles draait om de schone schijn: van het koophuis dat tot de nok toe gefinancierd is tot aan de avatar op je sociale media waarop alle schoonheidsfoutjes zijn weggepoetst. Laatst las ik dat zelfs recreatieve hardlopers soms sjoemelen met de tijd waarin ze een marathon hebben afgelegd. Mensen houden dus niet alleen elkaar massaal voor de gek, maar ook zichzelf.

Een bezuiniging heet in een dergelijke wereld al snel een “ombuiging” of een “modernisering”, net zoals een universitaire studie “oude stijl” anderhalf jaar langer duurde dan de uitgeklede variant die vanaf dat moment door het leven ging als “nieuwe stijl”. Want je denkt toch niet dat al die moderne masters bijna zes jaar ouderwetse lesstof in vier jaar weten te proppen? Welnee: je haalt tegenwoordig gewoon hetzelfde diploma met veel minder verplichte vakken. Het is in zekere zin dus onze eigen schuld als we straks geregeerd worden door holle vaten met een fopdiploma van InHolland.

We leven nu eenmaal in een soort poppenkastmaatschappij waarin reclamemakers ons er voortdurend aan helpen herinneren dat onze levens niet perfect zijn, maar dat we net zo gelukkig kunnen worden als die blije mensen in hun commercials mits we maar de juiste producten aanschaffen. We kijken naar realitysoaps die van A tot Z gescript zijn en kopen massaal boeken van een thrillerschrijfsters (Suzanne Vermeer) die eerst een man bleek te zijn en tegenwoordig zelfs iederéén kan zijn. In dat universum, waarin niets is wat het lijkt, is ook premier Mark Rutte in de eerste plaats het Merk Rutte met als beeldmerk een grijns van oor tot oor.

Misschien ontdek je pas echt dat we in een soort schijnwereld leven als je – zoals Sascha Meyer op bittere toon beschrijft in De Nieuwe Arme – genadeloos door de kieren van de consumptiemaatschappij bent gevallen en je je opeens overal buitengesloten voelt. In zekere zin zijn al die mensen in ons land die zich alleen nog overeind weten te houden met behulp van angstremmers, slaapmiddelen en antidepressiva óók niet helemaal zichzelf. Ze lijken in balans en functioneren ogenschijnlijk normaal, maar zijn regelrecht weggelopen uit de Brave New World van Aldous Huxley.

De Vlaamse psychiater Dirk de Wachter constateerde onlangs dat zelfs de succesvollen in onze maatschappij zich moeten drogeren om het vol te houden constant op hun tenen te moeten lopen en voortdurend de schijn op te houden. Willen we eigenlijk wel leven in een dergelijke, op Amerikaanse leest geschoeide prestatiemaatschappij waarin bluf belangrijker is dan brains en waarin grote woorden steeds vaker helemaal niets meer te betekenen hebben? Want dat is de tragiek van onze immer goedgeluimde minister-president: al die superlatieven kunnen uiteindelijk niet verhullen dat hij steeds meer begint te lijken op een afgevallen Idols-kandidaat die in de wandelgangen mompelt dat hij toch echt beter is dan de Beatles.