Zoeken

woensdag 14 december 2016

Wat vinden feministen eigenlijk van mannen die minder gaan werken?

In haar column in de Volkskrant van vandaag ramt powerfeministe en deeltijdhater Heleen Mees nog eens krachtig op de van haar bekende trommels. Het grappige is dat ze versleten stokpaardjes combineert met heel interessante en belangrijke vraagstukken, zonder die echt uit te diepen of er een verrassend gezichtspunt aan toe te voegen. Want waarom zouden we allemaal 40 uur per week moeten werken als je er als stel ook voor kunt kiezen om allebei (M/V) even weinig te werken en even veel in het huishouden te doen? En is in weinig werken nou écht zo slecht voor je lichamelijke en geestelijke welzijn of is het alleen maar rampzalig voor het systeem?


Nog voor ik vandaag één letter in de krant had gelezen, wist ik al dat wij in Nederland "zeuren dat we nog minder willen werken", terwijl dat nergens anders gebeurt. Aan die opmerking valt zoveel af te dingen en toe te voegen dat je er een heel boek over zou kunnen schrijven (wat ik dus ook al eens heb gedaan), maar het stuk roept interessante vragen op. Want hoe érg is het bijvoorbeeld om te zeuren (ik zou zelf zeggen: verlangen of fantaseren) over minder werkdruk als je weet dat 40% van alle werkenden teveel stress ervaart en je in dezelfde krant kunt lezen dat zelfs scholieren al gebukt gaan onder prestatiedruk? En hoe zou die hovenier van 28 uit mijn kennissenkring erover denken die na tien jaar spitten en sjouwen al last begint te krijgen van zijn rug, terwijl hij nog minstens veertig jaar moet wachten op zijn AOW?

Volgens Heleen Mees is werk "essentieel", omdat het structuur geeft en naast geld ook voldoening oplevert. Daar ben ik het helemaal mee eens, anders zou ik nu ook niet aan de keukentafel zitten om op mijn laptop een blog te schrijven. Er staat echter nergens dat je daarom ook maar meteen 40 uur per week zou moeten werken (of 50 of 60) en ook niet dat al die gunstige effecten pas optreden wanneer je het minstens 40 jaar achtereen volhoudt. Echt goede argumenten tegen deeltijd heeft Heleen Mees dan ook niet, behalve dat je zo natuurlijk nooit de top bereikt. Ik zou willen zeggen: nou én? Ik was heel gelukkig als redacteur en heel ongelukkig als chef redacteur, omdat ik ineens leiding moest gaan geven en moest vergaderen over cijfers.


Lees je haar artikel aandachtig, dan draait alles om het in stand houden van dit systeem en het huidige welvaarts- en consumptieniveau. Daarin is geen plaats voor mensen die het rustiger aandoen en bewust kiezen voor een bescheiden bestaan zonder SUV's en skivakanties. Ik denk zelfs dat Heleen Mees zich totaal geen voorstelling kan maken van een dergelijk leven en dat valt haar eigenlijk ook niet te verwijten. Ze mag dan een powerfeministe heten, het is ook een alleenstaande, kinderloze vrouw die zich af en toe best een beetje ontheemd zal voelen omdat ze haar vaderland heeft achtergelaten en onderweg zelfs een andere naam heeft aangenomen. Wat blijft er dan nog over behalve keihard werken en jezelf daarvoor belonen met dure schoenen?

Het grappige is dat mensen die zo hard werken als Heleen Mees heel graag willen dat andere mensen (vooral: vrouwen) dat ook doen, terwijl het mij worst zal zijn hoe mensen hun leven inrichten en hoeveel tijd ze besteden aan betaald werk. Ik heb zelf bewust gekozen voor een omgekeerde werkweek en een plakbandpensioen en heb mijn uitgavenpatroon daaraan aangepast, maar ik vind het prima als de rest van Nederland fulltime werkt. Kan Mees het soms niet uitstaan dat andere mensen lekker van het leven genieten als zij hard aan het werk is? Of is ze bang dat mensen die lanterfanten zand strooien in de machine en zo het systeem saboteren?


Sinds ik minder hard werk (lees: zo weinig mogelijk), doe ik automatisch veel meer in het huishouden. Mijn vrouw en ik brengen maandelijks allebei even veel geld in, besteden even veel tijd aan betaald werk en verdelen de taken in huis ook zo eerlijk mogelijk. Dat gaat heel ongemerkt en organisch, want ik ben vanzelf steeds meer gaan koken, strijken, stofzuigen en schoonmaken. Toen ik nog de hele week werkte (en twee werkweken per maand in de auto zat) kwam ik alleen in de supermarkt als mijn vrouw in het kraambed lag, nu kom ik er een paar keer per week. Het loopt zoals het loopt, maar is dit in wezen niet een oud feministisch ideaal?

Ik ken een jong stel dat door superzuinig te leven de helft van de hypotheek al heeft afgelost en nu in deeltijd werkt zodat ze geen behoefte hebben aan crèches en naschoolse opvang. Is dat niet een veel betere oplossing dan allebei fulltime werken en constant achter de feiten aanhollen met als netto resultaat één uurtje quality-time met je kind per dag? Welk doel is daarmee precies gediend, behalve dat je een forse belastingbijdrage levert aan het systeem? Dat laatste is overigens een valide argument, maar verpak het dan niet als vrouwenemancipatie maar zeg gewoon waar het op staat en noem het desnoods (morele) werkplicht.

Dat ik nu veel meer in het huishouden doe, vind ik volmaakt vanzelfsprekend, maar is tegelijk zo'n opvallende trendbreuk dat er dit jaar een sinterklaassurprise aan werd gewijd én ik er een heel hoofdstuk aan besteed in mijn volgende boek. Want ben ik nu een man die leeft van een basisinkomen in een bijna hypotheekvrij huis of ben ik gewoon een huisman?