Zoeken

woensdag 7 juni 2023

Nu pas heb ik een goed beeld van dat Rotterdamse beeld

Omdat ik gisteren iets te vroeg was voor de film die ik wilde zien en wat tijd over had, fietste ik op mijn gemak door het zonovergoten Rotterdam richting dat ene metershoge beeld dat amper een paar dagen na de feestelijke onthullingen al een richtingenstrijd heeft ontketend. Na drie kwartier op die plek te hebben rondgekeken en met een paar mensen te hebben gesproken, hoop ik dat het na de proefperiode van vijf jaar eeuwig op deze plek mag blijven staan.

Als geboren Rotterdammer speel ik wel vaker toerist in eigen stad. Dat is belangrijk om vooraf vast te stellen: ik ben op mijn vijfde verhuisd, maar kom er graag terug voor een bezoek aan het theater of de bioscoop. Ook fiets ik er op zonnige dagen als gisteren graag rond in mijn korte broek, om eerst een meegebrachte boterham te verorberen op een bankje in een park en even later een ijsje voor de deur van de IJssalon. Ik voel me er thuis, maar mijn huis staat elders. Ik ben een geboren Rotterdammer, maar geen stadsmens.

Stomtoevallig at ik mijn boterham deze keer in een park waar ook een beeld staat van Erasmus, volgens wikipedia het oudste bronzen standbeeld van Nederland. Er waren aardig wat (Aziatische) toeristen die het beeld fotografeerden, maar zelf vond ik het wat klein en bescheiden vergeleken bij dat vier meter hoge beeld waar ik straks heen wilde fietsen. Dat was ook deels de kritiek van Rosanne Hertzberger in haar veelbesproken column in NRC: veel te veel eer voor iemand die nog niks heeft gepresteerd en ook niets bijzonders van plan is gezien haar nonchalante houding.

Even later reed ik langs De Doelen recht op het gemoderniseerde Centraal Station af en kreeg ik het bewuste - je mag wel zeggen: veelbesproken - beeld in het vizier. Mijn eerste reactie was: zo groot is het helemaal niet. Op papier lijkt vier meter heel wat, maar niet als je je het afzet tegen dat ruime plein, dat megalomane treinstation en de hoge kantoorgebouwen eromheen. Je kunt ook zeggen dat alles een kwestie is van perspectief en ook dat het beeld speciaal voor deze plek lijkt te zijn gemaakt en er perfect bij past.

Ik spreek altijd over mezelf als journalist in de voltooid verleden tijd, waarmee ik aangeef dat ik geen zin heb om voor de zoveelste keer in mijn leven met een notitieblok of een memorecorder op pad te gaan. Maar nu, zonder dat ik dat van tevoren had bedacht, jeukten mijn handen om te noteren wat al die voorbijgangers voelden en dachten bij dit beeld dat voor de één staat voor erkenning van slavernij en eeuwenlange onderdrukking en voor de ander voor misplaatste positieve discriminatie en het zoveelste woke-agendapunt.

Ik ving links en rechts wat flarden van gesprekken op, sprak kort met een paar mensen, keek wie er allemaal met het beeld op de foto gingen en werd zo gedwongen mijn beeld van het beeld iets bij te stellen. Wat ik meteen al dacht en wat zo blijft: dit is een blikvanger van jewelste, een binnenkomer, een Instagram-waardig icoon en nu al bijna het meest gefotografeerde beeld van Rotterdam. Mensen, jong en oud, poseren in dezelfde houding, gluren tussen haar benen door, voelen aan haar broek alsof die echt van stof is gemaakt, trekken gekke gezichten, en dat allemaal omdat dit een beeld is zonder sokkel en zonder standsverschil.

Er zat een vrouw op een muurtje die bijna met tranen in haar ogen vertelde dat ze al veertig jaar lerares was en allemaal van dit soort meisjes in de klas had gehad, er was een man die met de trein helemaal uit Den Dolder was gekomen om dit beeld te zien en een ANP-fotograaf die haar best deed om een foto te maken van dit beeld zonder 'oude witte mannen' erop. En er was een man die me vroeg of dit nou een echte Rotterdamse is. Na enige aarzeling antwoordde ik met 'ja', omdat ze met beide benen op de grond staat en iets onverzettelijks uitstraalt.

Om het onderwerp letterlijk van elke kant te bekijken, liep ik om het beeld heen. Toen viel me op dat haar gezicht vanaf de ene kant gezien iets stoers en nonchalants uitstraalt, terwijl de andere kant van haar gezicht juist haar onzekerheid en verdriet laat zien. Als dat opzet is van de kunstenaar, dan is het geniaal uitgevoerd, ook al omdat het beeld daarmee ver uitstijgt boven het gekibbel van al die columnisten, maar iets universeels, herkenbaars en intens menselijks uitstraalt. Hier staat een mens, een Rotterdammer en hier is ze helemaal op haar plek.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten