Zoeken

maandag 7 mei 2018

Over een kleine twee jaar hebben we twéé hypotheekvrije huizen

Op 1 maart 2020 bereiken we - precies acht jaar na het verschijnen van het boek Hypotheekvrij! - een belangrijke mijlpaal. Vanaf dat datum ben ik niet alleen van mijn woningschuld af, maar mag ik me ook de bezitter noemen van twee hypotheekvrije huizen. In mijn laatste boek (Leven van de lucht uit 2017) besteed ik een heel hoofdstuk aan dat onderwerp, maar bij het schrijven van Hypotheekvrij! besloot ik ons vakantiehuis in Overijssel buiten beschouwing te laten. Persoonlijk denk ik dat er niet veel verschil is tussen iemand die een huis bezit van 3 ton en iemand anders die in een huis woont van 2 ton en daarnaast een vakantiehuis heeft van 1 ton, maar de gevoelswaarde is volstrekt anders. Gek eigenlijk, want met een hypotheekschuld van 160.000 euro had ik óók vier pandjes in Rotterdam-Zuid kunnen bezitten.


Eigenlijk is dit dus gewoon weer het zoveelste bewijs voor de stelling dat het nogal wat uitmaakt welke keuzes je als mens maakt. Toen we in 1987 ons eerste huis kochten, had dat gemakkelijk het eerste exemplaar kunnen zijn in een lange reeks waarbij je steeds iets mooier en groter gaat wonen. Het begrip 'wooncarrière' was toen nog in zwang en hield in het meest extreme geval in dat je begon in een appartement en eindigde in een vrijstaand huis. Zo groeide je woning mee met je inkomen en je gezinsgrootte en had je het prettige gevoel steeds een stapje hoger te komen op de zogeheten 'property ladder'.

Omdat wij meteen al in een (bescheiden) vrijstaand huis trokken, ontbrak de behoefte om te verhuizen. Er waren wel mensen die veronderstelden dat we bij de komst van ons tweede kind zouden verkassen, maar dat vond ik maar een onzinnige reden aangezien er ooit een gezin met elf kinderen in datzelfde huis had gewoond terwijl het toen nog een stuk kleiner was. Toch begon het op een gegeven moment te kriebelen, omdat je als mens ook wel eens iets anders wil, iets nieuws of gewoon iets avontuurlijks en verrassends. Zo kwam het dat we in de jaren negentig een vakantiehuisje kochten in Overijssel en in 2006 nog eens eentje in Taubenheim in Duitsland.


Inmiddels weet ik als geen ander dat je niet twee keer zo gelukkig wordt van twee huizen en zéker niet drie keer zo gelukkig wanneer je je onroerendgoedportefeuille nog verder uitbreidt. In Hypotheekvrij! vertel ik openhartig hoe dat huisje in Duitsland een omslagpunt markeert. Je kunt ook zeggen dat de grote ontnuchtering in ons geval al twee jaar voor het uitbreken van de kredietcrisis een feit was. Ik vond het grappig dat bij elk nieuw perceel de hoeveelheid eigen grond precies verdubbelde (van 500 vierkante meter in Overijssel tot 1000 vierkante meter in Duitsland), maar tegelijk ontdekte ik op proefondervindelijke wijze dat het waanzin is om steeds maar meer te willen. Je kunt ook zeggen dat ik op zoek was naar een ingewikkelde oplossing voor een in wezen simpel probleem.

Toen de kredietcrisis in oktober 2008 uitbrak, wist ik niet hoe snel ik naar een makelaar moest bellen om ook ons Nederlandse vakantiehuis in de etalage te hangen. Ik herinner me nog goed hoe blij het meisje aan de andere kant van de lijn klonk toen ze opnam en hoe teleurgesteld ze even later was toen bleek dat ik de zoveelste beller was die in paniek besloten had zijn bezittingen te dumpen. Als we het toen daadwerkelijk hadden weten te verkopen, had ik het aflossingsvrije deel van onze hypotheek waarschijnlijk in één klap kunnen aflossen. De kans is groot dat ik het boek Hypotheekvrij! dan helemaal niet had geschreven en er zelf ook veel minder van had opgestoken. Nu waren we wel gedwongen om het veel zuiniger aan te doen, de bakens op alle fronten te verzetten en de woningschuld geheel op eigen kracht af te lossen.


Toen ik nog fulltime werkte en elke dag in de file stond, keek ik soms de hele week uit naar dat weekendje in de bossen. Het is wel eens gebeurd dat ik op donderdag na mijn werk richting het noorden reed om in ons huisje te overnachten en op vrijdag heerlijk door de omgeving te fietsen. Een vakantiehuis neemt echter een heel andere plaats in je leven in als je met deeltijdpensioen bent, nooit meer de wekker hoeft te zetten en voor je gevoel toch al elke dag vakantie hebt. We hebben het jaren geleden al uit de verkoop gehaald, maar verhuren het nu voor langere tijd aan mensen die in scheiding liggen of hun huis verkocht hebben en wachten op de oplevering van hun nieuwe woning. Gevolg is dat mijn vrouw er 2,5 jaar geleden voor het laatst was geweest en ik er zelf ook alleen nog maar met een zakelijke blik naar keek.

Dat veranderde als bij toverslag toen we er eind vorige week even waren om de nieuwe meubels te plaatsen. Na twee decennia was de boel nodig aan vervanging toe, zodat we op de keuken na het hele woongedeelte hebben opgefrist. Met wat heen en weer schuiven kwamen we uit op bovenstaande indeling en keek ik opeens met heel andere ogen naar ons eigen huisje. Mede door het stralend mooie weer kon ik me goed voorstellen hoe we hier in de nabije toekomst een deel van het jaar zouden kunnen gaan wonen, zeker als mijn vrouw óók helemaal met werken was gestopt. Zo kan het dus gaan in een mensenleven: eerst zit je te bibberen omdat je je baan dreigt kwijt te raken en te bidden dat iemand je van deze zware last verlost, even later ben je reuzeblij dat destijds niemand heeft toegehapt en je er zelf straks misschien nog jarenlang van kunt genieten.